Een belastingplichtige die van de bijzondere regeling gebruik maakt, wordt voor de belastbare handelingen onder die regeling alleen in de lidstaat van identificatie voor btw-doeleinden geïdentificeerd. Daartoe maakt de lidstaat van identificatie gebruik van het individuele btw-identificatienummer dat reeds aan de belastingplichtige is toegekend met betrekking tot diens verplichtingen in het binnenlands verkeer.
Uitgaande van de voor deze identificatie gebruikte gegevens kunnen de lidstaten van verbruik hun eigen identificatiesystemen uitwerken.